Systeemzwaktes Rapportering over sociale en iscale lasten op centraal betaalde onderwijslonen

REKENINGENBOEK OVER 2013 REKENHOF, OKTOBER 2014 VLAAMS PARLEMENT STUK 36 2014-2015 – NR. 1 121 Agentschap Jongerenwelzijn De uitgaven van het agentschap Jongerenwelzijn nemen in 2013 toe met 4,0 miljoen euro. De belangrijkste kosten, de loonkosten, stegen met 2,9 miljoen euro 4,9 door de index 1,4 miljoen euro, de uitvoering van het sectoraal akkoord 0,6 miljoen euro, de aanwerving van 24 bijkomende consulenten hulpverlener overeenkomstig de werklastnorm 0,6 miljoen euro, de overheveling van personeelsleden van het departement 0,2 miljoen euro en de vergrijzing 0,2 miljoen euro. Het aantal VTE steeg van 1.173 tot 1.201. Vlaams Agentschap Zorg en gezondheid De uitgaven stegen met 74,2 miljoen euro tot 845,9 miljoen euro. Vooral de uitgaven voor thuis- en ouderenzorgbeleid GE0-1GDD2F-WT 176 en ouderenzorgbeleid GE0-1GDD2H- WT stegen, samen met 64,2 miljoen euro, door indexering, de besteding van de VIA-4 mid- delen, het hogere urencontingent in de thuiszorg, en vooral de laag berekende voorschotten voor de thuiszorg in 2012 177 en de lage in 2012 uitbetaalde subsidiesaldo’s voor 2011. Kleinere uitgavenstijgingen waren er bij het beleid van ziekenhuizen en de geestelijke gezondheids - zorg door indexeringen, VIA-4-middelen en weddendrift 3,2 miljoen euro en het preven- tieve gezondheidsbeleid door de index, 1,1 miljoen euro bijkomende middelen voor de start van dikkedarmkankeronderzoek en de late start van een aantal eind 2012 vastgelegde projec - ten 3,4 miljoen euro. Eind 2013 heeft het VAZG 1,6 miljoen euro projecten vastgelegd die pas in 2014 zullen starten, zodat het verefeningskrediet 2013 niet werd overschreden. Een overschrijding was er wel voor het begrotingsartikel GE0-1GDD4E-WT werking en toelagen – preventief gezondheidsbeleid met 1,4 miljoen euro doordat het RIZIV de inkomsten 2012 voor het HPV-vaccin pas in 2014 aan de Vlaamse overheid stortte. Het agentschap heeft des- ondanks in 2013 de HPV-vaccinatie normaal uitgevoerd. VIPA Het VIPA heeft zijn uitgaven vrij correct ingeschat. Het boekte een overschot van 1 miljoen euro. Dat bracht het overgedragen saldo op 44,5 miljoen euro. De uitgaven voor de klassieke inanciering namen af met 6,7 miljoen euro tot 39,9 miljoen euro, terwijl die voor alter- natieve inanciering stegen met 64,0 miljoen euro tot 154,6 miljoen euro. De openstaande verbintenissen in de klassieke inanciering daalden in 2013 met 7,9 miljoen euro tot 94,5 mil- joen euro doordat ziekenhuizen, woonzorgcentra en personen met een handicap de voorbije jaren alternatief geinancierd werden. Eind 2013 brachten de principiële akkoorden die al een aanvangsbevel van de werken kenden 179,9 miljoen euro jaarlijkse inanciële verplichtingen mee 178 . Daarbij kwam nog ongeveer 9 principiële akkoorden die nog op een aanvangsbe- vel wachtten. De waarborgen op leningen in de klassieke en alternatieve inanciering namen toe met 523 miljoen euro, tot 2.234,6 miljoen euro, door enkele grote ziekenhuisdossiers. De totale reserve van het waarborgfonds steeg met 4,3 miljoen euro, tot 18,2 miljoen euro. Daartegenover staat dat het VIPA voor bijna 15 van het openstaande bedrag gewaarborgde 176 De begrotingsaanpassing verminderde de verefeningskredieten met 10 miljoen euro. Het Rekenhof uitte bij de aange- paste begroting twijfels bij deze besparing. In december verhoogden herverdelingen het verefeningskrediet weer met 5,6 miljoen euro. Uiteindelijk bleef 1,1 miljoen euro ongebruikt. 177 Pp basis van werkingsjaar 2011 waarin de invulling van het urencontingent laag was. 178 De gebruiksvergoeding is 1 jaar na het bevel van aanvang van de werken opeisbaar en wordt voor 20 jaar toegekend. leningen een hypothecaire volmacht of, uitzonderlijk, een hypothecaire inschrijving heeft. Om het risico op uitwinning te beperken, licht het VIPA de jaarrekeningen van de voorzienin- gen jaarlijks door. De klassieke sectoren kennen geen lange wachtlijsten. Het vastleggingskrediet 2014 21,8 mil- joen euro volstaat om alle aanvragen van 2013 of ouder vast te leggen. De alternatieve inan- ciering kende eind 2013 de volgende wachtlijst: Niet ontvankelijke dossiers, ingediend 2013 of vroeger 60.389.000 Ontvankelijke dossiers 2014, ingediend 2013 of voeger 66.972.641 Ontvankelijke dossiers ouderen- en thuiszorgvoorzieningen 384.852.909 Ontvankelijke dossiers voorzieningen personen met een handicap 74.139.598 Ontvankelijke dossiers ziekenhuizen 1.064.663.753 Totaal 1.651.017.900 Het begrotingsdecreet 2014 staat de gebruikersbijdragen toe op kruissnelheid op te lopen tot 199,8 miljoen euro. Dat betekent dat in 2014 nog ongeveer 60 miljoen euro principiële akkoor- den kunnen worden goedgekeurd. De alternatieve inanciering zal volgens het regeerakkoord in de huidige legislatuur gewijzigd worden. FJW Het overgedragen resultaat van het FJW nam in 2013 af met 2,9 miljoen euro tot 11,8 miljoen euro, wat in de lijn ligt van de begrote 3,4 miljoen euro intering. Tegenover 2012 stegen de kosten voor subsidiering van erkende voorzieningen, pleegzorg, gelijkgestelde voorzieningen, projectmatige initiatieven en wetenschappelijk onderzoek met 15,2 miljoen euro. De wer- kingsdotatie steeg met 15 miljoen euro om de indexeringen op te vangen 7,6 miljoen euro, het VIA-4-akkoord te inancieren 5,2 miljoen euro, de weddendrift in de private instellingen op te vangen 1,6 miljoen euro en de evolutie van de pleegplaatsingen op te vangen 0,6 mil - joen euro. De investeringsdotatie daalde met 3,4 miljoen euro door de intering. De subsidië- ringswijze veranderde voor een deel van de voorzieningen door de overstap naar de envelop - peinanciering van het Experimenteel Modulair Kader EMK. Kind en Gezin De jaardotatie steeg voor Kind en Gezin in 2013 exclusief overlow met 18,6 miljoen euro 6,6 tot 515,3 miljoen euro. Kind en Gezin diende in 2013 met 2,9 miljoen euro extra mid - delen bijkomende opvangplaatsen te creëren: 0,9 miljoen euro inkomensgerelateerde plaat - sen het kende 202 plaatsen toe en 2 miljoen euro plaatsen in de erkende sector het kende 210 plaatsen groepsopvang en 21 plaatsen gezinsopvang toe. Er werd nog 3,1 miljoen euro ex - tra toegekend voor de verhoging van de vergoedingen in de zelfstandige sector, en 0,5 miljoen euro voor inclusieve opvang. Voor het VIA-4-akkoord kwam er, behalve de uitbreidingsmid- delen in de erkende sector, nog 2,5 miljoen euro dotatie bij voor diverse sectorale en intersec - torale maatregelen. Het grootste deel van de dotatieverhoging ging naar de indexaanpassing 9,6 miljoen euro. Het begrotingsresultaat 2013 was 7,8 miljoen euro beter dan voorzien. De ontvangsten van ouderbijdragen en de uitgaven voor de kinderopvangtoelagen lagen door een vertraagde start van plaatsen respectievelijk 2,9 miljoen euro en 9,1 miljoen euro onder de begrote cijfers.